Vigor Charging is, samen met een reeks zusterbedrijven van Koolen Industries, gevestigd in het grote complex van het vroegere Holec-in-One op bedrijventerrein Westermaat. Tegenwoordig heet het The Green Box cleantech Campus, waar alle activiteiten in het teken staan van de energietransitie.
Elektrisch rijden in beeld
In een van de hallen is het alle hens aan dek voor de productie van laadpalen. Ze staan overal in het land, zoals Utrecht, Zuid-Holland, Groningen en Drenthe. Behalve in Twente, daar is de dekking van de laders van Vigor minder groot. Maar dat kan nog komen. “ We zijn druk bezig met het opzetten van een dealernetwerk voor onder meer het MKB en bedrijventerreinen ”, zegt Peter Gort. De ambities zijn stevig en de vooruitzichten goed, steeds meer mensen stappen immers over op stekker-auto’s. Ook in de logistiekbranche en de transportwereld komt elektrisch rijden in beeld. En dat gaat snel, de bedrijven zullen ook wel moeten. “ In Amsterdam komen vrachtwagens bijvoorbeeld vanaf volgend jaar de binnenring niet meer in ”, aldus Joost Groothuijs. Het alternatief: de overslag van lading. Zoals bij de ALC, de Amsterdam Logistic Cityhub, uitgerust met onder meer zonnepanelen, batterij-opslag én laadpalen uit Hengelo. Vigor is samen met de zusterbedrijven ook betrokken bij de ontwikkeling van het noodzakelijke energie-managementsysteem van ALC. Bedrijven hebben doorgaans weinig kennis van verduurzaming, constateren Gort en Groothuijs. Als gevolg van de netcongestie – waarbij de beschikbare netcapaciteit niet meer toereikend is voor de gevraagde capaciteit - is het ook niet mogelijk om snel een zwaardere stroomaansluiting te realiseren, die voor vrachtwagens nodig is. “ Maar ze willen en moeten verduurzamen.” Vigor Charging voert dan een energiescan uit, als een klant daarom vraagt.
Laden én ontladen
De Hengeloërs bouwen V2G AC-laders, die ontwikkeld zijn met zusterbedrijf We Drive Solar. Een AC-laadpaal (wisselstroom) heeft een capaciteit van 22 kW per uur: sneller kan er niet worden geladen. Voor transporteurs zijn er DC-laadpalen (gelijkstroom), die aanzienlijk meer vermogen leveren; maar batterijen in vrachtwagens hebben dan ook al gauw vijf, zes keer zoveel capaciteit als die in personenauto’s. Bovendien moeten die snel kunnen worden geladen omdat vrachtwagens natuurlijk zo weinig mogelijk moeten stilstaan. Alle laders uit de productiehal van Vigor Charging zijn V2G, wat staat voor ‘vehicle to grid’, oftewel bi-directioneel. Ze kunnen laden én ontladen, waardoor autobatterijen ook gebruikt kunnen worden als opslag voor duurzame energie van zon en wind. Stekkerauto’s die daarvoor geschikt zijn kunnen via zo’n laadpaal energie terug leveren aan het elektriciteitsnet op het moment dat daar behoefte aan is: leveren als de prijzen hoog zijn, opladen als de prijzen zijn gedaald.
Het Twentse bedrijf loopt daarmee vooruit op nieuwe ontwikkelingen, want de auto’s zijn nog niet massaal geschikt voor V2G. Maar dat gaat snel veranderen, aldus Gort en Groothuijs. De auto- producenten zijn volop bezig met voorbereidingen en fabrikant Renault past het bi-directioneel laden al standaard toe in de nieuwe Renault 5. Een belangrijke stap, aldus de twee mannen van Vigor Charging. “ Onze laders zijn er technisch klaar voor. Ze hebben straks alleen nog een software-update nodig voor de introductie van V2G,want de communicatie tussen de auto, de laadpaal en de netbeheerder ontbreekt nog. Deze laatste moet het proces kunnen sturen, dat is ook het verschil met zonnepanelen.” Het bedrijf produceert drie types en heeft er momenteel zeven in ontwikkeling. De ontwikkeling is in handen van de engineers van NieuweWeme, ook een onderdeel van de Koolen Industries Groep. Vigor Charging komt trouwens ook voort uit NieuweWeme.
Uitdaging
De kennis en knowhow is er, in 2030 kunnen stekkerauto’s naar verwachting in prijs concurreren met ‘fossiele’ auto’s; in 2050 zijn er alleen nog maar elektrische wagens op de weg. Voor die tien miljoen auto’s zijn ruim 1,3 miljoen laadpunten nodig op openbare locaties. En daar schuilt een probleem: die groei is eigenlijk niet bij te houden, het aantal elektrische auto’s stijgt momenteel sneller dan het aantal oplaadplekken. Dat is een uitdaging voor onder meer gemeenten. Zo vragen de voorschriften voor het plaatsen van laadpalen om versoepeling. Voor elke nieuwe openbare lader is er nu bijvoorbeeld een verkeersbesluit nodig, er moet een verkeersbord bij en de verfkwast komt eraan te pas voor het aanbrengen van witte kruisen. Terwijl het installeren van de laadpalen geen enkel probleem is. Joost Groothuijs: “Ze zijn snel en eenvoudig te plaatsen. Bovendien kunnen ze tegen een stootje want ze zijn vandalismebestendig. Ze zijn ook storingsvrij, 99 procent van de tijd doen ze het gewoon. Dat is ook een belangrijke reden dat klanten voor onze palenkiezen.” Zo bestelde de grote technische dienstverlener Equans vorig jaar 2.100laders voor de provincies Groningen en Drenthe bij de Hengelose producent. Wat de opdrachtgevers daarbij onder meer aansprak, is het feit dat de laders duurzaam worden geproduceerd: zo bestaat de behuizing voor 90 procent uitgerecycled materiaal, terwijl ze worden vervaardigd en getest met behulp van de duizenden zonnepanelen op de daken van de CleanTech-campus. Het was een vervolgorder van Equans, die eerder 4.000 laadpalen had besteld voor verschillende gemeenten in Zuid-Holland. Vigor Charging is nu nog vooral gericht op de Nederlandse markt, maar de ambities reiken verder. “We zijn bezig om de Duitse en Belgische markt te verkennen”, melden Groothuijs en Gort. Met name de Duitsers stellen hoge eisen aan del aders, maar Nederlands laadpaalproducenten hebben veel ervaring en lopen voorop in de ontwikkelingen: “We zijn koploper op het gebied van verduurzaming. In de andere landen is nog een gigantische slag te slaan.”